Hoe op een correcte manier de bloeddruk meten?
Het Renine-Angiotensine-Aldosteron Systeem (RAAS) is een complex hormonaal systeem in het lichaam dat een cruciale rol speelt bij het reguleren van de bloeddruk, de elektrolietenbalans en de vochtbalanshuishouding. Het is essentieel voor het behoud van de cardiovasculaire homeostase.
Stress, zowel acuut als chronisch, kan een impact hebben op het cardiovasculaire systeem en kan de activiteit van het RAAS beïnvloeden. Wanneer het lichaam stress waarneemt, activeert het de ‘vecht- of vluchtreactie’, waarbij stresshormonen zoals cortisol en adrenaline vrijkomen. Deze hormonen kunnen de bloeddruk en de hartslag beïnvloeden. In sommige gevallen kan chronische stress bijdragen aan langdurige activering van het RAAS, wat mogelijk kan leiden tot veranderingen in de bloeddrukregulatie op de lange termijn.
Ontregeling van het RAAS kan bijdragen aan aandoeningen zoals hypertensie (hoge bloeddruk), hartfalen en nieraandoeningen.
Er bestaat ook zoiets als een "witte-jassenhypertensie": Sommige mensen ervaren angst of stress wanneer ze naar de dokter gaan, wat kan leiden tot een tijdelijke verhoging van de bloeddruk. Dit staat bekend als witte-jassenhypertensie en kan leiden tot onnauwkeurige metingen.
Vandaar dat het aangewezen is volgens de onderstaande richtlijnen de bloeddruk thuis in een rustige vertrouwde omgeving op regelmatige en correcte basis te meten, zonder er een obsessie van te maken.
Bij twijfel en vaststelling van verhoogde bloeddruk contacteer steeds je arts.
Het correct meten van de bloeddruk is belangrijk voor het verkrijgen van nauwkeurige resultaten. Hier zijn algemene stappen voor een juiste bloeddrukmeting:
1. Rust en comfort: Zorg ervoor dat u minstens 5 minuten rust heeft genomen in een comfortabele positie voordat de meting begint. U dient ontspannen te zitten, met de rug goed ondersteund en de voeten plat op de grond. Nier roken, geen koffie en geen sport 30 minuten voordien.
2. Juiste manchetgrootte: Gebruik een manchet die geschikt is voor uw armomtrek. Een te kleine manchet kan leiden tot een verhoogde meting, terwijl een te grote manchet kan leiden tot een onderschatting van de bloeddruk.
3. Plaatsing van de manchet: Plaats de manchet ongeveer 2,5 cm boven de elleboog en zorg ervoor dat deze op hartniveau is. De onderkant van de manchet moet ongeveer 2 cm boven de elleboogplooi zitten.
4. Ontblote arm: Rol de mouw van de bovenarm op, zodat de arm bloot is. Dit zorgt voor een nauwkeurige meting.
5. Ontspanning: u dient ontspannen te zijn en niet te praten tijdens de meting. Stress en praten kunnen de bloeddruk tijdelijk verhogen.
6. Juiste positie van de arm: De arm moet worden ondersteund, zodat deze op hartniveau is. Laat uw arm op een tafel rusten.
7. Stabiliteit: Zorg ervoor dat u stabiel zit en de rug goed tegen de stoel leunt.
8. Gebruik een betrouwbare bloeddrukmeter: Gebruik een nauwkeurige en goed gekalibreerde automatische bloeddrukmeter.
9. Meerdere metingen: Neem een drietal metingen met tussenpozen van 1-2 minuten. Noteer de resultaten en bereken het gemiddelde voor een nauwkeurigere meting. Meet steeds op dezelfde manier.
10. Let op mogelijke fouten: Als de eerste meting abnormaal lijkt, herhaal de meting dan na enkele minuten. Let ook op externe factoren zoals kou, volle blaas, of cafeïnegebruik, omdat deze de metingen kunnen beïnvloeden.